Opzeggen kan al vanaf ondertekening arbeidsovereenkomst

Een paar maanden voordat een werknemer daadwerkelijk begint te werken, zegt hij zijn arbeidsovereenkomst met de nieuwe werkgever al op. Kan dat zomaar?

Een bedrijf dat namens supermarkten onderhandelt over prijzen en inkoopvoorwaarden van producten zoekt een nieuwe medewerker. Via een recruitmentbureau wordt die werknemer gevonden: iemand die in dienst is bij een concurrent. In september 2024 sluit deze toekomstige medewerker een arbeidsovereenkomst met de inkooporganisatie, met een opzegtermijn van drie maanden, zonder proeftijd. De man zou starten op 1 mei 2025. Het recruitmentbureau brengt voor haar bemiddeling € 35.400 in rekening, dat het bedrijf betaalt. Maar in november 2024 ziet de man ervan af omdat zich bij zijn huidige werkgever een interessante promotie aandient. De nieuwe werkgever stelt dat de man de arbeidsovereenkomst pas drie maanden na 1 mei kon opzeggen, nu is deze onregelmatig opgezegd.

Opzegtermijn

De vraag die de kantonrechter moet beantwoorden luidt: wanneer begint de opzegtermijn van een arbeidsovereenkomst te lopen? Dat kan, aldus de kantonrechter, al vanaf het moment van ondertekening van de arbeidsovereenkomst. Al in 1917 (!) bepaalde de Hoge Raad dat de rechtsverhouding tussen partijen niet begint door de feitelijke indiensttreding van de werknemer maar door het sluiten van de arbeidsovereenkomst. Regels voor opzegging van de arbeidsovereenkomst kunnen al van toepassing zijn nadat de arbeidsovereenkomst is gesloten maar er feitelijk nog geen arbeid wordt verricht. Aangezien vóór de start van de feitelijke werkzaamheden sprake is van een arbeidsovereenkomst én deze kan worden opgezegd, is het logisch dat de opzegtermijn al vóór de feitelijke indiensttreding kan gaan lopen.

Anticiperen

De opzegtermijn dient een specifiek doel: de werkgever de gelegenheid bieden om te anticiperen op de opzegging en zo nodig een vervanger te vinden. Deze man heeft meer dan vijf maanden opgezegd voordat hij met zijn werk zou beginnen. Die termijn is ruim voldoende voor een werkgever om op de opzegging vooruit te lopen.

Vrije arbeidskeuze

Loopt de opzegtermijn pas vanaf de datum van de feitelijke indiensttreding, dan vormt dit een belemmering van het recht op vrije arbeidskeuze, een recht dat is neergelegd in de Grondwet. Dit houdt in dat niemand mag worden gedwongen tot het verrichten van arbeid die hij niet vrij heeft gekozen of aanvaard. Iemand heeft niet alleen de vrijheid om een gemaakte keuze te realiseren maar ook de vrijheid om deze te herzien, dus om de arbeidsovereenkomst op te zeggen. In deze zaak zou de man feitelijk acht maanden (vijf maanden vóór de feitelijke indiensttreding plus de drie maanden opzegtermijn) gebonden zijn aan zijn aanvankelijke keuze, waar hij inmiddels niet meer achterstaat. Nu de opzegging niet onregelmatig was, hoeft de man het bedrijf geen schadevergoeding te betalen.

ECLI:NL:RBOBR:2025:3256

Contact opnemen

Arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de werknemer zich verbindt om in dienst van de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten. Drie elementen dienen aanwezig te zijn om te kunnen spreken van een arbeidsovereenkomst: arbeid (persoonlijk verricht door de werknemer), loon (veelal in geld) en een gezagsverhouding.
Meer info »
Opzegtermijn
De opzegtermijn is de termijn die in acht genomen moet worden bij de opzegging van de arbeidsovereenkomst (artikel 7:672 BW). De wet bepaalt dat de opzegtermijn voor een werknemer één maand is, en dat de opzegtermijn voor een werkgever afhankelijk is van de duur van het dienstverband: (i) minder dan 5 jaar is 1 maand, (ii) tussen vijf en tien jaar is 2 maanden, (iii) tussen tien en vijftien jaar is 3 maanden, (iv) meer dan vijftien jaar is 4 maanden. Partijen kunnen schriftelijk afwijken van de wettelijke opzegtermijn.
Meer info »
Kantonrechter
De kantonrechter is belast met de behandelingen van bepaalde soorten zaken, namelijk: civiele zaken tot een bedrag van EUR 25.000,-, arbeidszaken, huurzaken, consumentenkoopzaken en consumentenkredietzaken. Verder gaat de kantonrechter ook over zaken met betrekking tot bewind, curatele, mentorschap en het verwerpen of aanvaarden van erfenissen. Het is bij een kantonrechter niet verplicht om een advocaat in te schakelen.
Meer info »
Hoge Raad
De Hoge Raad (der Nederlanden) is de hoogste rechtsprekende instantie in Nederland. De hoofdtaak van de Hoge Raad is cassatierechtspraak. Dit betekent dat de Hoge Raad beoordeelt of bij de uitspraken van lagere rechters (rechtbank en gerechtshof) de procedures en procesregels juist zijn toegepast. In cassatie wordt de zaak niet feitelijk inhoudelijk getoetst.
Meer info »