Man krijgt geen machtiging om woning na scheiding alleen te verkopen
Na de scheiding wil een stel de echtelijke woning verkopen. Volgens de man werkt de vrouw, die in het huis is blijven wonen, daar onvoldoende aan mee. Hij vraagt de voorzieningenrechter of hij als enige de woning mag verkopen.
Een stel is gescheiden en vecht voor de rechtbank Noord-Holland de financiële afwikkeling van het huwelijk uit. Pijnpunt is hun woning, waarvan zij samen eigenaar zijn. In een eerdere zaak heeft de rechtbank bepaald dat de vrouw alleen in de woning mag blijven. De man betaalt wel de helft van de eigenaarslasten van die woning.
Hoger bod
De man wil echter de gezamenlijke woning verkopen. Het stel schakelt een makelaar in en sindsdien staat de woning te koop voor € 995.000. Er komt een hoger bod, de man is akkoord en vraagt zijn vrouw hier ook mee akkoord te gaan. Maar de geïnteresseerden trekken zich terug omdat ze vinden dat ‘het allemaal te lang duurt’. Een nieuw bod brengt minder op dan de vraagprijs.
Alle rechtshandelingen
Ook voor de man duurt het te lang. Hij vordert bij de rechtbank dat hij wordt gemachtigd alle (rechts)handelingen te verrichten om de woning te verkopen en te leveren. Hij stelt dat de vrouw de verkoop van de woning tegenhoudt. Zij heeft tegen het advies van de makelaar in het royale bod afgewezen en heeft lang geweigerd een verkoopbord in de tuin te laten plaatsen. Hij wil ook dat zij een gebruikersvergoeding voor de woning betaalt.
Bod ingetrokken
Dan man baalt ervan dat het hoge bod is ingetrokken en geeft de vrouw daarvan de schuld. De man gaf haar echter, zo constateert de voorzieningenrechter, enige tijd voor haar akkoord en vóór die tijd werd het bod al ingetrokken. Het was de makelaar die na ontvangst van dit bod tot verkoop bij inschrijving had geadviseerd. Daarover waren de man en de vrouw het eens. Dat het bod niet doorging kan een verkeerde inschatting zijn geweest, maar dat kan de man de vrouw niet aanrekenen.
Verkoopbord
Verder is ook niet gebleken dat de vrouw zou hebben geweigerd een verkoopbord in de tuin te plaatsen. Het was de makelaar die dit nog te vroeg vond. Dit zou geen extra kijkers trekken. Later heeft de man herhaald dat hij toch een verkoopbord wilde en de vrouw was het daarmee eens.
Geen gebruiksvergoeding
Moet de vrouw de gebruiksvergoeding betalen? Het is een kort geding en daarin moet terughoudend worden omgegaan met geldvorderingen. Een voorzieningenrechter moet niet alleen onderzoeken of het bestaan van een dergelijke vordering voldoende aannemelijk is, maar ook of de eisende partij (in deze zaak: de man) er een spoedeisend belang bij heeft. Daarover heeft hij niets gesteld, zoals: zonder gebruikersvergoeding verkeer ik in financiële nood. De voorzieningenrechter verklaart de man in deze vordering niet-ontvankelijk.