Tank van privéauto volgooien met zakelijke tankpas: direct ontslagen

Eén keer maakt een werknemer onrechtmatig gebruik van de tankpas van zijn werkgever. Hij wordt op staande voet ontslagen. De kantonrechter moet oordelen of hij een ontslagvergoeding krijgt.

Wanneer een man in dienst treedt bij een nieuwe werkgever, krijgt hij een bedrijfsauto en tankpas. Hij ondertekent de ‘overeenkomst inzake auto van de zaak’. Kern daarvan is: met de tankpas is alleen het tanken van deze auto toegestaan. Na een paar weken kan de man door een enkelblessure niet naar zijn werk rijden. Zijn vrouw brengt hem in hun privéauto. De avond ervoor tankt zij die auto met de tankpas. Als de werkgever dat een week later ontdekt, wordt de man op staande voet ontslagen. Hij heeft in strijd met de overeenkomst gehandeld. De werkgever spreekt van diefstal of heling van bedrijfseigendommen en kan de werknemer niet meer vertrouwen. Het bedrag van de tankbeurt (€ 50,21) betaalt de man enkele weken later aan de werkgever terug.

Zakelijke kilometers

Zijn verklaring voor deze situatie: de vrouw mocht niet in de bedrijfsauto rijden, daarom nam ze de privéauto. Er werden zakelijke kilometers gemaakt, dus moest het gebruik van de tankpas kunnen. De man wilde dit direct aan zijn werkgever vertellen, maar dat schoot erbij in. Het ontslag vecht hij niet aan en daarmee is de arbeidsovereenkomst geëindigd, maar hij wil wel een ontslagvergoeding. Daarover moet de kantonrechter Rotterdam beslissen.

Billijke vergoeding

De kantonrechter oordeelt stevig over de werknemer. De man heeft tijdens het gesprek met zijn werkgever geen plausibele verklaring gegeven en dat hij zich niet meer veel over de zaak kan herinneren, is ongeloofwaardig. Enerzijds wilde hij het tanken opbiechten maar toen hij daarvoor de kans kreeg, speelde hij geen open kaart. De bedoeling was ook dat de vrouw maar één dag zou rijden, waarom dan zoveel getankt? Of: hij had dat ritje toch kunnen voorschieten en het bedrag later bij de baas kunnen declareren? De kantonrechter vindt dat de werkgever terecht aan de integriteit van de werknemer heeft kunnen twijfelen. Het ontslag op staande voet is terecht gegeven. Om die reden krijgt de man geen billijke vergoeding.

Transactievergoeding

Een transitievergoeding dan? Die is niet verschuldigd indien het eindigen van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer. Dat was hier het geval. Ook de vergoeding wegens onregelmatige opzegging van de arbeidsovereenkomst veegt de rechter van tafel: de werkgever was bevoegd de arbeidsovereenkomst onverwijld op te zeggen – dat was zeker niet ‘onregelmatig’.

ECLI:NL:RBROT:2022:9452

 

Contact opnemen

Kantonrechter
De kantonrechter is belast met de behandelingen van bepaalde soorten zaken, namelijk: civiele zaken tot een bedrag van EUR 25.000,-, arbeidszaken, huurzaken, consumentenkoopzaken en consumentenkredietzaken. Verder gaat de kantonrechter ook over zaken met betrekking tot bewind, curatele, mentorschap en het verwerpen of aanvaarden van erfenissen. Het is bij een kantonrechter niet verplicht om een advocaat in te schakelen.
Meer info »
Overeenkomst
Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen richting een of meer andere partijen een verbintenis aangaan.Volgens de wet komt een overeenkomst tot stand door aanbod en aanvaarding. In welke vorm dat gebeurt, is is irrelevant, dus een overeenkomst kan ook mondeling tot stand komen. Het kan dan echter lastig zijn om bewijs te leveren van het bestaan van de overeenkomst.
Meer info »
Arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de werknemer zich verbindt om in dienst van de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten. Drie elementen dienen aanwezig te zijn om te kunnen spreken van een arbeidsovereenkomst: arbeid (persoonlijk verricht door de werknemer), loon (veelal in geld) en een gezagsverhouding.
Meer info »
Transitievergoeding
Een transitievergoeding is de wettelijke ontslagvergoeding, die werkgever bij ontslag aan werknemer verschuldigd is, tenzij de werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld (artikel 7:673 BW). Als de werknemer zelf opzegt bestaat er géén recht op een transitievergoeding. Sinds 1 januari 2020 heeft iedere werknemer, ongeacht of er sprake is van een tijdelijk contract, vanaf dag 1 recht op transitievergoeding bij ontslag. De hoogte van de transitievergoeding bedraagt 1/3 maandsalaris per gewerkt jaar.
Meer info »