Beroep op huurprijsvermindering faalt: huurders moeten huis uit

Wanneer de huurders van een woning de huurachterstand uit protest hoog laten oplopen, leidt dit tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het huis.

Een verhuurder stapt naar de rechtbank Noord-Holland om de betaling van een huurachterstand van ruim 11.500 euro te vorderen. Ook vraagt zij om ontbinding van de huurovereenkomst. De huurders hebben de huur echter met opzet niet betaald. Zij vinden dat ze, vanwege gebreken en omdat zij het huis niet kunnen onderverhuren, recht hebben op huurprijsvermindering. Hiervoor zijn zij eerder al naar de Huurcommissie gegaan.

Gebreken

De overeengekomen huurprijs is niet redelijk, vinden de huurders, en er zou sprake zijn van gebreken aan de woning. Ook zou de verhuurder de bij aanvang van de huurovereenkomst verleende toestemming om het huis deels te mogen onderverhuren hebben ingetrokken, terwijl dit een voorwaarde was bij het huren van het huis. Dit levert, naast een gebrek, ook een onvoorziene omstandigheid op, zo stellen de huurders.

Volgens de verhuurder is er geen sprake van gebreken die een vermindering van de huurprijs rechtvaardigen. Ook zegt zij niet te hebben gegarandeerd dat de gemeente onderhuur toe zou blijven staan. Zij is niet verantwoordelijk voor de omstandigheid dat de gemeentelijke regelgeving onderverhuren in de weg staat, stelt zij.

Huurcommissie

De vordering tot huurprijsvermindering wordt afgewezen. De rechtbank refereert hierbij naar de eerdere beslissing van de Huurcommissie. Hieruit volgde dat de overeengekomen huurprijs boven de liberalisatieprijs ligt, en er dus sprake is van geliberaliseerde huur. Voor geliberaliseerde woonruimten geldt als uitgangspunt dat de verhuurder meer vrijheid heeft om de hoogte van de huur te bepalen en dat het puntensysteem voor huurwoningen en de maximale huurprijzen niet van toepassing is. De verhuurder is dus gerechtigd een hogere huurprijs te vragen dan het door de Huurcommissie redelijk bevonden bedrag, aldus de Huurcommissie. De rechtbank stelt dat, als de huurders het niet eens zijn met de beslissing van de Huurcommissie, het op hun weg had gelegen binnen acht weken na die beslissing een procedure te starten bij de kantonrechter. Dit hebben zij nagelaten, waardoor het in de huidige procedure niet meer mogelijk is de aanvangshuurprijs door de kantonrechter te laten toetsen, aldus de rechtbank.

Gebreken

Wel had de verhuurder de gebreken aan het huis voor de start van de huur moeten herstellen, zo oordeelt de rechtbank. Omdat zij dit niet heeft gedaan en het aannemelijk is dat het huurgenot hierdoor is aangetast, moet de huurprijs tijdelijk worden verlaagd. De huurders hebben recht op een huurprijsvermindering van 40 procent, voor drie maanden, zo beslist de rechtbank.

Eigen risico

Er is volgens de rechtbank onvoldoende gebleken dat de huurders ervan uit mochten gaan dat zij de woning konden onderverhuren. Van een gebrek is hier dus geen sprake. Ook levert het niet kunnen onderverhuren geen onvoorziene omstandigheid op die van dien aard is dat ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Gemeentelijke regelgeving staat er aan in de weg dat het huis (deels) mag worden onderverhuurd. Of die regels er al waren toen de huurovereenkomst werd gesloten, is tijdens de zitting niet duidelijk geworden, maar omdat niet vast is komen te staan dat er kon worden onderverhuurd, had het op de weg van de huurders gelegen bij de gemeente te informeren onder welke voorwaarden onderhuur mogelijk was. Voor zover ze dat niet hebben gedaan, komt dit voor hun eigen risico. De door de verhuurder gevorderde huurachterstand is daarom grotendeels toewijsbaar. Gelet op de hoogte daarvan worden de gevorderde ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van het huis toegewezen. De huurders moeten binnen 14 dagen na betekening van het vonnis het huis uit zijn. 

ECLI:NL:RBNHO:2022:7562

Contact opnemen

Rechtbank
De rechtbank is het gerecht in eerste aanleg.
Meer info »
Ontbinding
Ontbinding een van de manieren waarop een overeenkomst kan worden beƫindigd. Artikel 6:265 Burgerlijk Wetboek bevat een ontbindingsbevoegdheid voor het geval dat de wederpartij tekortschiet in de nakoming van zijn contractuele verplichtingen. Je kunt dan de overeenkomt ontbinden, tenzij de tekortkoming zodanig gering is dat die geen ontbinding rechtvaardigt. Andere gronden voor ontbinding zijn bijvoorbeeld dat, wanneer je als consument iets gekocht hebt, het aangekochte product gebrekkig is, of waneer er sprake is van onvoorziene omstandigheden. Ontbinding heeft tot gevolg dat de overeenkomst wordt geacht nooit te hebben bestaan. De reeds verrichte prestaties of gedane betalingen moeten ongedaan worden gemaakt, dus moeten - voor zover mogelijk - 'teruggedraaid' worden.
Meer info »
Huurovereenkomst
Huur is de overeenkomst waarbij de verhuurder zich verbindt aan de huurder een zaak of een gedeelte daarvan in gebruik te verstrekken en de huurder zich verbindt tot een tegenprestatie (artikel 7:201 BW). Beide partijen hebben rechten en verplichtingen. Zo is de verhuurder verplicht het verhuurde ter beschikking te stellen en te gebreken aan het verhuurde te verhelpen. De huurder is onder meer verplicht om de huur te betalen en om zich als een goed huurder te gedragen. Dit zijn algemene regels voor huur, die gelden voor zowel de huur van woonruimte als de huur van bedrijfsruimte.
Meer info »
Kantonrechter
De kantonrechter is belast met de behandelingen van bepaalde soorten zaken, namelijk: civiele zaken tot een bedrag van EUR 25.000,-, arbeidszaken, huurzaken, consumentenkoopzaken en consumentenkredietzaken. Verder gaat de kantonrechter ook over zaken met betrekking tot bewind, curatele, mentorschap en het verwerpen of aanvaarden van erfenissen. Het is bij een kantonrechter niet verplicht om een advocaat in te schakelen.
Meer info »
Overeenkomst
Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen richting een of meer andere partijen een verbintenis aangaan.Volgens de wet komt een overeenkomst tot stand door aanbod en aanvaarding. In welke vorm dat gebeurt, is is irrelevant, dus een overeenkomst kan ook mondeling tot stand komen. Het kan dan echter lastig zijn om bewijs te leveren van het bestaan van de overeenkomst.
Meer info »
Onderhuur
Onderhuur is aan de orde als de hoofdhuurder van een zelfstandige woning die woning 'doorverhuurt' aan een onderhuurder, die daar zijn hoofdverblijf heeft (7:269 BW). Tussen de hoofdhuurder en de hoofdverhuurder bestaat ook een huurovereenkomst. Een hoofdhuurder van een woonruimte is in beginsel niet bevoegd de woonruimte geheel of gedeeltelijk onder te verhuren. Doet hij dit toch, dan kan dat een grond zijn voor beƫindiging van de huurovereenkomst. De onderhuurder wordt dan wel beschermd.
Meer info »
Betekening
Betekening of het laten betekenen van een exploot houdt in het afgeven van een exploot (bijvoorbeeld dagvaarding of vonnis) door de deurwaarder aan de geadresseerde. Betekening kan door overhandiging van de stukken aan de geadresseerde of zijn huisgenoten of door het achterlaten van de stukken in de brievenbus. De manier waarop is betekend en de datum van betekening dienen altijd te worden vermeld op het exploot.
Meer info »
Vonnis
Een vonnis is de uitspraak van een rechter van de rechtbank. Een uitspraak in hoger beroep of in cassatie wordt een arrest genoemd.
Meer info »