Werkgever kan niet verbieden dat medewerker er een tweede baan bij neemt

Stiekem een tweede baan erbij nemen naast een fulltime baan, kan dat? De werkgever die de medewerker voltijds in dienst had ontslaat haar op staande voet. Het gerechtshof vindt dat niet terecht.

Een vrouw werkt als teamleider bij een BV, voor 40 uur per week. De werkgever weet dat zij wel eens massages geeft. Op een dag treedt zij als masseuse in dienst bij een ander bedrijf, voor 2 tot 16 uur per week: op twee avonden en de zaterdag. Een maand nadat ze daarmee is begonnen, meldt zij zich ziek bij BV. Haar werkgever spreekt haar aan op haar massagewerkzaamheden: waarom heeft zij dat niet gemeld of om toestemming gevraagd?

Ontslag op staande voet

Zij wordt op staande voet ontslagen, vanwege de ontdekking dat zij elders werkzaam is. De BV heeft geen vertrouwen meer in een verdere samenwerking. De kantonrechter laat het ontslag in stand en veroordeelt de vrouw tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding van € 8.100 aan de BV. De vrouw gaat in hoger beroep. Terugkeren naar BV wil zij niet meer, zodat de arbeidsovereenkomst is geëindigd. Wel wil zij een transitievergoeding (€ 23.294).

Objectieve redenen

In de wet staat dat een werkgever een werknemer niet kan verbieden buiten het werkrooster voor andere werkgevers te werken. Dit kan anders zijn als er objectieve redenen zijn voor een verbod, zoals gezondheid, veiligheid, bescherming van vertrouwelijke bedrijfsinformatie of het vermijden van belangenconflicten. In principe kon de BV de vrouw niet verbieden elders te gaan werken, zij was op dat moment nog niet ziek. Wel had de vrouw, aldus het gerechtshof Den Haag, haar tweede arbeidsovereenkomst moeten melden bij de bedrijfsarts. Dan kon ze bespreken in hoeverre die tweede baan haar herstel zou belemmeren. Dat heeft zij niet gedaan.

Verwijtbaar

Is het ontslag op staande voet niet te laat gegeven? De BV wist, aldus het hof, dat de vrouw als vrijwilliger of op zzp-basis massagewerkzaamheden verrichtte, niet dat zij dit ook in loondienst deed. De vrouw had horen te begrijpen dat dit voor de bedrijfsarts én voor de werkgever belangrijke informatie zou zijn voor haar herstel en re-integratie. De vrouw heeft zo verwijtbaar gehandeld. Als gevolg daarvan is de arbeidsrelatie duurzaam verstoord. Het is ook opvallend dat zij bij de BV arbeidsongeschikt is maar niet bij haar tweede werkgever.

Transitievergoeding

Toch zijn er onvoldoende redenen voor een ontslag op staande voet. Het hof is er niet van overtuigd dat er een verband bestaat tussen het trage herstel van de vrouw en haar tweede arbeidsovereenkomst. De BV heeft dit onvoldoende onderzocht en onderbouwd. Wat ook meespeelt: de vrouw werkte sinds 2007 bij de BV en altijd naar volle tevredenheid van de werkgever. Nu het ontslag op staande voet niet terecht is gegeven, heeft zij recht op een transitievergoeding. Omdat de werkgever het bedrag dat zij eist niet heeft betwist, krijgt zij de gevraagde som.

ECLI:NL:GHDHA:2025:1934

Contact opnemen

Gerechtshof
Een gerechtshof is het rechterlijk college waar hoger beroepszaken wordt behandeld.
Meer info »
Kantonrechter
De kantonrechter is belast met de behandelingen van bepaalde soorten zaken, namelijk: civiele zaken tot een bedrag van EUR 25.000,-, arbeidszaken, huurzaken, consumentenkoopzaken en consumentenkredietzaken. Verder gaat de kantonrechter ook over zaken met betrekking tot bewind, curatele, mentorschap en het verwerpen of aanvaarden van erfenissen. Het is bij een kantonrechter niet verplicht om een advocaat in te schakelen.
Meer info »
Arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de werknemer zich verbindt om in dienst van de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten. Drie elementen dienen aanwezig te zijn om te kunnen spreken van een arbeidsovereenkomst: arbeid (persoonlijk verricht door de werknemer), loon (veelal in geld) en een gezagsverhouding.
Meer info »
Transitievergoeding
Een transitievergoeding is de wettelijke ontslagvergoeding, die werkgever bij ontslag aan werknemer verschuldigd is, tenzij de werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld (artikel 7:673 BW). Als de werknemer zelf opzegt bestaat er géén recht op een transitievergoeding. Sinds 1 januari 2020 heeft iedere werknemer, ongeacht of er sprake is van een tijdelijk contract, vanaf dag 1 recht op transitievergoeding bij ontslag. De hoogte van de transitievergoeding bedraagt 1/3 maandsalaris per gewerkt jaar.
Meer info »